woensdag 25 oktober 2017

recensie gedichtenprentenboek "Zo mooi zo anders"


Recensie “Zo mooi anders” – een gedichtenprentenboek
Natasja Plug

Titel: Zo mooi anders – een gedichtenprentenboek
Auteur: diversen
Jaar van uitgave: 2014
Uitgeverij: Lemniscaat
Plaats van uitgave: Amsterdam

Het gedichtenprentenboek “Zo mooi anders” is een bonte verzameling van gedichten van verschillende auteurs. Uitgever Lemniscaat heeft voor elk van de 20 gedichten een kunstenaar uitgenodigd om het gedicht te voorzien van een illustratie. De auteurs van wie gedichten zijn geselecteerd en illustratoren die aan deze dichtbundel hebben meegewerkt zijn: Rutger Kopland – Doesjka Bramlage; Wim Hofman – Marijke ten Cate; Toon Tellegen – Linde Faas; Willem Wilmink – Annette Fienieg, Alice Hoogstad; Joke van Leeuwen – Paula Gerritsen; M. Vasalis – Irene Goede; Boerneef – Piet Grobler; K. Schippers – Annemarie van Haeringen; Hans Andreus – Mies van Hout; W.B. Yeats – Sandra Klaassen; Mustafa Stitou – Martijn van der Linden; Hans Hagen – Sanne te Loo; Jan de Cler – Sylvia van Ommen; Annie M.G. Schmidt – Georgien Overwater; Remco Campert – Peter Paul Rauwerda; C. Buddingh’ – Dieter Schubert; Bart Moeyaert – Ingrid Schubert; Romelda S. Kamfer – Marije & Ronald Tolman; Hagar Peters – Dorine de Vos.

De gedichten variëren in toegankelijkheid. Zo zijn bijvoorbeeld de gedicht van K. Schippers, Mustafa Stitou, Jan de Cler, Hans Andreus, Annie M.G. Schmidt en C. Budding’ heel geschikt voor lezertjes van de basisschool en brugklasleerlingen. Zie hier het grappige gedicht “Koppig” van Mustafa Stitou:

-En, wat zien we?                      -Oren snavel zie je wel?
-Een konijn natuurlijk!                -Ik zie alleen een konijn.
-Een konijn. En?                        -En een eend.
-En? Ik zie een konijn.               -Een konijn!
-En tegelijkertijd een…?            -Eend!
-Konijn zeg ik toch!                    -Konijn!
-Eend                                         Konijn konijn konijn!
-Eend?

Jan de Cler en C. Budding’ spelen met taal door nonsens- of fantasie-woorden te gebruiken. Jan de Cler doet dit om zijn humoristische gedicht met een twist te laten rijmen (met een grappige clou) en C. Buddingh’ creëert met zijn “Blauwbilgorgel,” wiens vader een “porgel” en moeder een “porulan” was, een fantasiewezen.

M. Vasalis, Toon Tellegen, Hans Hagen, Bart Moeyaert en Willem Wilmink kunnen leerlingen van iets oudere leerlingen uitdagen met hun gedicht. Leerlingen kunnen gaan nadenken over welke beelden er met het gedicht worden opgeroepen. Zie bijvoorbeeld “Siberië” gedicht van Bart Moeyaert:
Geef me je jas
van bont van teddyberen
Sla je arm om me heen
en al je winterkleren
Zoen me tot ik warm wordt
Zoen me tot ik spin
Trek je eigen huid dan uit
stop mij eronder in
Sus me met je hartslag
Wij ons wij ons wij ons
Maak van dit veel te grote bed
een heel klein fort van dons

Wat minder toegankelijk qua woordenschat, abstractieniveau of onderwerp zijn de gedichten van Remco Campert, Hagar Peters, Romelda S. Kamfer, W.B. Yeats, Wim Hofman, Boerneef en Rutger Kopland. Zie bijvoorbeeld het gedicht van de Zuid-Afrikaanse Boerneef:

Die berggans het ’n veer lat val
van die hoogste krans by Woeperdal
my hart staan tuit al meer en meer
ek stuur vir jou die berggansveer
mits dese wil ek vir jou sê
hoe diep my liefde vir jou lê


De bundel is in te zetten in verschillende leerjaren van het voortgezet onderwijs. Hoewel de lezers enige houvast hebben aan de illustratie, is het zinvol om de gedichten samen met een docent te lezen.

Literatuur:

Diverse auteurs, (2014). Zo mooi zo anders – een gedichtenprentenboek. Lemniscaat, Rotterdam.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten