Recensie ‘Ik heb gelogen’ door Lindy
Verhoeven
Gegevens boek
Auteur: Virginie Madeira &
Brigitte Vital-Durand
Jaar van
uitgave: 2007
Titel: Ik heb gelogen
Plaats van
uitgave: Amsterdam
Uitgeverij: De boekerij bv.
Samenvatting
Virginie Madeira is een verlegen meisje, op
school vond ze het moeilijk om contact te maken. In een serie op tv zag
Virginie een meisje dat haar vader van verkrachting beschuldigde, dit meisje
werd omringd door mensen en iedereen luisterde naar haar. Virginie wilde ook
graag aandacht en vriendinnen daarom heeft ze gezegd dat ze misbruikt werd door
haar vader. Virginie heeft niet in de gaten wat dit voor gevolgen heeft en
raakt steeds verder verstrikt in haar leugen. Pas na 2,5 jaar biecht ze haar
leugen op. Samen met haar moeder probeert ze haar vader uit de gevangenis te
krijgen, echter is dit niet gelukt. Via dit boek wil Virginie de onschuld van
haar vader bewijzen.
Ethisch
Het genre van dit verhaal is ‘waargebeurd’
waarbij wordt gelogen over seksueel misbruik. Dit boek is een C-boek en
geschikt voor de leeftijd 12 – 15 jaar. Kenmerkend voor deze leeftijd is dat ze
op zoek zijn naar een eigen identiteit, vrienden spelen hierbij een belangrijke
rol (van Coillie, 2007). Virginie is ook op zoek naar haar eigen identiteit,
daarnaast wil ze graag vriendinnen en probeert deze te krijgen door een leugen
te vertellen. Het ‘graag ergens bij horen’ is herkenbaar voor kinderen in de
leeftijd van 12 – 15 jaar. Het is goed dat kinderen lezen over een meisje die
op deze manier vrienden probeert te krijgen, ze worden zich dan bewust van de
gevolgen van een leugen. Het boek is over het algemeen goed leesbaar, al worden
er soms wel moeilijke woorden gebruikt m.b.t. het onderzoek. ‘Ik, ondergetekende, dokter N.H., verklaar
onderzocht te hebben Virginie Madeira, geboren 27 november 1984. Deze jonge
patiënt heeft op haar veertiende beweerd geslachtsgemeenschap met haar vader te
hebben gehad, en ontkent deze feiten vervolgens. Ze heeft een lange
medisch-chirurgische voorgeschiedenis met betrekking tot de urinewegen,
pyelonefritis en reflux vesico-ureteral.’ (Ik heb gelogen, p. 131-132).
Door de moeilijke termen raad ik dit boek niet aan voor de moeilijke lezer.
Het boek kon ik echter wel één adem uitlezen
omdat ik telkens weer nieuwsgierig werd aangezien Virginie steeds meer
verstrikt raakte in haar eigen leugens.
De situaties en hoofdpersonen welke de auteur
beschrijft komen levensecht, dit is onder andere te herkennen aan de
omschrijving van de hoofdpersonen. ‘Mijn
vader is een rustige, zachtaardige man. Hij heeft absoluut geen opvliegend
karakter, eerder koppig. Hij is thuis niet streng voor mij en mijn broers. Op
ons, zijn kinderen wordt hij nooit boos. Mijn vader is slank, gebruind. Hij
draagt spijkerbroeken.’ (Ik heb gelogen, p. 15). Het verhaal komt op deze
manier over alsof het bij iedereen zou kunnen gebeuren. Toch kon ik me niet goed
inleven in de hoofdpersonage, omdat ik me niet kon voorstellen dat je je vader
van iets beschuldigd wat niet waar is.
“Naar
aanleiding van de ziekte van mijn broer waren er collega’s op mijn moeders werk
die vroegen: ‘Gaat het goed met Virginie?’ Mijn moeder antwoordde: ‘Ja, ik
geloof het wel.’ ” (Ik heb gelogen,
p. 25). Ik vind dit een overbodige passage omdat dit niet past op deze plek in
het verhaal. Het is wel dergelijk een belangrijke toevoeging, er had op dit
moment bij de moeder van Virginie namelijk een belletje kunnen gaan rinkelen.
Echter past het niet op deze plek aangezien het tussen de passage van
‘telefoneren van haar oudere broer’ en ‘de geboorte van haar jongere broertje’
staat.
Maatschappelijk thema
Het thema van dit boek snijdt twee
maatschappelijke thema’s, namelijk liegen én seksueel misbruik. Een leugen om
vriendschappen te verkrijgen en seksueel misbruik van een familielid. Jongeren
gebruiken wel eens leugens om iets voor elkaar te krijgen, maar denken niet
altijd na over de gevolgen van de leugens. Het is niet vanzelfsprekend dat
‘gevolgen van leugens’ ook besproken wordt bij gezinnen of op scholen, dit
geldt eveneens zo voor ‘seksueel misbruik’. Ik vind het goed dat Virginie haar
verhaal openbaar heeft willen maken. Haar doel was in eerste instantie om de
onschuld van haar vader te bewijzen, ik ben van mening dat ze met dit verhaal
ook andere jongeren behoed voor eenzelfde leugen. Kijkend naar de huidige
maatschappij is het de normaal dat jongeren in aanraking komen met
internet/televisie. Ouders zijn niet in staat om alles te checken wat hun zoon
of dochter doet. Aangezien Virginie zelf op het idee kwam door een serie is het
niet gek dat jongeren uit deze tijd ook op ideeën worden gebracht door de
media.
In de passage van de rechtszaak komt duidelijk
naar voren hoe Virginie zich voelt door haar leugens, echter toont zit dit niet
duidelijk genoeg. “De advocaat van mijn
vader adviseerde hem om alles te bekennen, anders zou hij het risico lopen de
maximale straf te krijgen. Dus zei mijn vader: ‘Ja, ik beken alles wat u zegt.’
‘Toen de president ‘twaalf jaar’ zei, was het net alsof er iets in mijn hart
gestoken werd. Ik geloof dat de president naar me keek. Hij vroeg of ik nog
iets wilde zeggen. Op het moment dat hij tegen me sprak werd mijn vader geboeid
afgevoerd. Ik ben opgestaan. Voor het eerst die dag kwam ik in beweging. Het
was alsof ik opeens wakker werd. Ik ben naar hem toegerend. Ik vloog naar het
kleine kamertje waar ze hem mee naartoe namen. Hij had twee begeleiders, aan
elke kant een. Ze lieten me begaan. Ik heb me in de armen van mijn vader
geworpen en ik heb gezegd: ‘Vergeef me!’ terwijl ik me tegen hem aan drukte.
Hij zei: ‘Je bent een flink meisje.’ ” (Ik heb gelogen, p. 108).
Virginie laat in deze passage dus haar gevoel zien,
daardoor vind ik het bizar dat de advocaten, rechters, artsen, psychologen niet
door hadden dat Virginie een leugen vertelde. Op basis van diverse onderzoeken
zou ze de waarheid spreken, terwijl dit niet zo was. Ik vind het bizar dat dit
op deze manier gegaan is, omdat ik er vanuit ging dat er altijd goed onderzoek
gedaan zou worden. Het is natuurlijk ook niet makkelijk wanneer een meisje
steeds hetzelfde verhaal verteld, maar aan haar lichaamstaal gaf zeker signalen
aan. Virginie keek vaak naar de grond, durfde niet op alle vragen te
antwoorden, artsen/psychologen/rechters moesten vragen stellen het verhaal kwam
nooit volledig uit haar mond. Vaak werd er een interpretatie van de arts
opgeschreven in de onderzoeksrapporten.
Conclusie
Ik ben van mening dat dit verhaal voor
jongeren tussen de 12 en 15 jaar pittig is door de maatschappelijke thema’s.
Echter denk ik dat het wel een eyeopener voor deze leeftijdsgroep is. Jongeren
gaan naar mijn verwachting beter nadenken voordat ze een leugen vertellen. Het
is Virginie en haar moeder namelijk niet gelukt om haar vader uit de gevangenis
te krijgen. Door een leugen stond haar hele wereld en dat van haar familie op
de kop. Virginie heeft nooit van haar jeugd kunnen genieten, ze heeft altijd een
schuldgevoel gehad en heeft in kindertehuizen en pleeggezinnen geleefd. Het
vertellen van een leugen kan dus zeker veel impact hebben.
Bronnen
Madeira V. &
Vital-Durand B. (2007). Ik heb gelogen. Amsterdam: De boekerij bv.
Reactie op recensie: “Ik heb gelogen”, Virgenie Madeira
BeantwoordenVerwijderenHet boek “Ik heb gelogen” van Virgenie Madeira is een waargebeurd verhaal over een meisje wat haar vader vals beschuldigd van seksueel misbruik. Recensent Lindy Verhoeven geeft aan dat de hoofdpersoon Virgenie op zoek is naar haar identiteit en dat ze vrienden en aandacht probeert te krijgen door leugens te vertellen. Ik ben het met haar eens dat het voor kinderen in de leeftijdsfase 12 – 15 jaar belangrijk is om ‘ergens bij te horen’ en dat ze leren dat het vertellen van een leugen niet de juiste manier is. Tegelijkertijd vraag ik me wel af of kinderen zich kunnen identificeren met hoofdpersoon Virgenie. Het boek is in dagboekvorm geschreven en daardoor merk je duidelijk dat ze anders is dan een doorsnee puber. Ze worstelt met levensvragen waar een heleboel kinderen van deze leeftijd zich nog niet zo in zullen herkennen naar mijn mening. Zo beschrijft ze bijvoorbeeld een van haar vriendschappen: “Er was nog een meisje in de klas dat zich voor haar interesseerde. En weer hetzelfde liedje: ik kon niet accepteren dat we met zijn drieën waren, ik kon me niet goed aanpassen, ik was jaloers. Verder niets dramatisch, maar zo was het. Het is een strijd tussen verlangen en werkelijkheid.” (Ik heb gelogen, p. 35).
De zoektocht naar een identiteit verklaart de belangstelling van jeugdige lezers voor boeken waarin de jonge hoofdfiguur opzoek is naar zichzelf. In deze boeken herkennen ze veel van hun eigen twijfels, wensen en emoties rol (van Coillie, 2007). En juist die herkenbaarheid is wat ik in dit gehele boek mis. Hierdoor had ik in tegenstelling tot de recensent moeite om het boek uit te lezen en ook omdat ik geen sympathie kon opbrengen voor de hoofdpersoon.
De twee maatschappelijke thema’s: liegen en seksueel misbruik die recensent Verhoeven beschrijft zijn gevoelige thema’s en ik ben het met haar eens dat jongeren door het lezen van dit verhaal behoed kunnen worden om een leugen te vertellen die gebaseerd is op iets wat ze in de media gezien hebben. Uit haar conclusie ‘proef’ ik dat ze het boek zou aanraden bij kinderen tussen de 12 en 15 jaar omdat het zou kunnen dienen als eyeopener. Deze mening deel ik helaas niet met haar omdat ik denk dat deze leeftijdsgroep zich te weinig zal kunnen identificeren met de hoofdpersoon.
Bronnen:
Coillie, J. van (2007), Leesbeesten en boekenfeesten. Leidschendam, Biblion.
Madeira V. & Vital-Durand B. (2007). Ik heb gelogen. Amsterdam: De boekerij bv.