woensdag 20 september 2017

Recensie: Stiefkind - Selma Noort

Recensie 'Stiefkind', door: Femke van Looijen

Auteur: Selma Noort
Jaar van uitgave: 2013
Titel: Stiefkind
Plaats van Uitgave: Amsterdam
Uitgeverij: Leopold

Samenvatting
Virginia is een puber wier ouders zijn gescheiden. Ze woont bij haar vader waar het leven gemoedelijk is, maar in de herfstvakantie besluit ze haar moeder op te zoeken. In de trein naar haar moeder komt Virginia terecht tussen een groep voetbalhooligans die op zoek zijn naar ruzie. In de trein gaan de hooligans op de vuist met een conducteur, Virginia filmt dit. Nadat Virginia veilig bij haar moeder is aangekomen, vertelt haar moeder over haar nieuwe vriend. Na enkele dagen ontmoet Virginia hem en wat blijkt, het is een van de hooligans 'Tonny'. Ze weet zich geen raad met het filmpje. Na een flinke ruzie met de zoon van Tonny vertelt Virginia het hele verhaal tegen de politie.


Vanaf de eerste bladzijde zit je meteen in het boek. Het boek begint met een dialoog tussen Virginia en haar moeder. Dit dialoog komt later in het verhaal weer terug. Door het dialoog zit je meteen in het verhaal en wil je verder lezen. Als lezer wil je weten wat er vooraf gebeurd is. 
In het boek zijn veel sprongen in de tijd. Een deel van het verhaal speelt zich af in de tijd van nu, dat Virginia haar moeder gaat opzoeken. Het andere deel van het verhaal blikt steeds terug op haar jeugd, de scheiding, verhuizing en het moment dat ze een broertje krijgt. 

Emotie
De lezer is in dit boek meteen betrokken bij Virginia. Je voelt en leest haar emoties en leeft hierin mee, identificatie. 'Waarom denk je dat het mijn schuld is? Waarom kies je hun kant? Joey is niks van jou! Ik ben je kind...' (p. 114) Veel jongeren herkennen het verhaal dat hun ouders gescheiden zijn en dat beiden een nieuwe relatie hebben of krijgen. Hierdoor krijg je identificatie en wil je weten wat zij meemaakt hebben en hoe ze omgaan met de nieuwe relaties. Ook de eerste zoen en de ontwikkelingen rond jongens zijn voor veel pubers herkenbaar. 
Harvey is een zwerver die bij Virginia's moeder op zolder woont. Ook met hem leef je enorm mee. Tonny wil hem eruit zetten, maar Virginia wil dit niet. Hij heeft geen onderdak, maar daarentegen betaalt hij niets aan haar moeder en steelt hij van haar. Via Virginia maak je haar emotie mee en de manier waarop ze zich hier tegen verzet. Ze wil Harvey helpen door waardevolle spullen van hem alvast in een zak te doen en op haar eigen kamer te bewaren.

Meelevend
Het woordgebruik is aangepast naar de hoofdpersonage. 'Ze maakte huiswerk. Checkte Facebook. Keek Youtube. (p. 115) Het taalgebruik is concreet en beeldend. Je ziet voor je wat ze meemaakt en om zich heen ziet. Dat maakt het meelevend. 'Ze sloop op haar blote voeten de trap op en keek tot haar verrassing meteen zijn zolderkamer in, want de deur was om de een of andere reden uit de scharnieren gelicht en leunde tegen de schuine wand. Voorzichtig om niet over de rotzooi op de vloer te struikelen, liep ze over de krakende vloerplanken in het schemerdonker naar hem toe. Zijn leren jack lag bij het bed op de grond.' (p. 58)
Het boek is geloofwaardig geschreven. Als lezer wil je weten wat de hoofdpersoon meemaakt en hoe het afloopt met het filmpje dat ze heeft gemaakt in de trein. 

Spanning
Het boek maakt indruk door de manier waarop de deelonderwerpen aan de orde komen. Er is hierdoor veel opbouw in de spanning. Vanuit de sensatie in de trein kom je terecht in het 'studentenhuis' van haar moeder. Al snel kom je erachter dat de nieuwe vriend van haar moeder een hooligan is. Dan vermoed je te weten hoe het verhaal afloopt, maar dan komt zijn zoon in beeld. Ook hij is een hooligan en dan begint de spanning opnieuw, want wat doet Virginia met het filmpje. Haar moeder is boos op haar, maar bij de komst van de politie gaat het snel. De schrijfster heeft het 'dode moment' goed weten om te kantelen naar nieuwe 'sensatie'. 

Conclusie
Stiefkind is zeker een boek voor de huidige pubers. Pubers kunnen zich herkennen in het verhaal en ze zitten er snel in. Er zijn veel confrontaties tussen twijfels en emoties. Ook spelen vrienden, vriendinnen en de maatschappij een belangrijke rol (Collie, 2007). Wat betreft de flashbacks moet de lezer wel wat leeservaring hebben. De lezer moet de verhaallijnen die door elkaar lopen kunnen vasthouden en begrijpen. Ik zou het wel aanraden aan de lezers die wat meer ervaring hebben. 

Bronnen:

  • Noort, S. (2013). Stiefkind. Amsterdam: Uitgeverij Leopold 
  • Collie, J.V. (2007). Leesbeesten en boekenfeesten. Leuven: Davidfonds Uitgeverij

8 opmerkingen:

  1. Reactie ‘Stiefkind’ door Claudia Geurtsen

    In haar recensie schrijft Femke van Looijen onder het kopje ‘emotie’ dat je als lezer de emoties van de hoofdpersoon voelt en leest. Hierdoor zou je je als lezer snel identificeren met de hoofdpersoon Virginia. Ook door herkenbare situaties zoals gescheiden ouders en een eerste zoen zouden lezers zich makkelijk kunnen identificeren. Met deze passage uit de recensie ben ik het absoluut eens. Schrijfster Selma Noort weet een levensecht beeld te schetsen van Virginia door de emoties van Virginia heel duidelijk te beschrijven. Met name in de passages waarin Virginia nog jonger is vind ik dit heel sterk gedaan. De volgende passage uit het boek geeft dit naar mijn idee ijzersterk weer. Het is een passage waarin je de scene gewoon voor je ziet en je meevoelt met Virginia. ‘Virginia wist niet goed wat ze van het broertje moest vinden. Ze keek naar Margriet, maar Margriet keek naar de baby en niet naar haar. Ze keek naar papa, maar papa keek naar de baby en niet naar haar. ‘Hij stinkt, zei ze. Nu keken ze allemaal naar haar.’ (p. 100)

    Door de geloofwaardigheid van de hoofdpersoon laat je je als lezer heel gemakkelijk meeslepen door het verhaal. Ik vond het boek op sommige momenten echt aangrijpend. Zoals de momenten waarin Selma Noort beschrijft hoe de kleine Virginia verwaarloosd werd: ‘Teleurstelling kneep Virginia’s keel dicht maar crackers waren wel eten. Ze pakte de bovenste uit de trommel. Hij viel uit elkaar. Het stukje dat ze nog tussen haar vingers hield rook muf en zurig. Ze pakte de suikerpot en strooide suiker over een paar stukjes. Zo was het best lekker.’ (p.155)

    Aanrader
    Het boek vind ik, net als Femke, zeer geschikt voor leerlingen. Femke schrijft dit toe aan de herkenbaarheid van het verhaal en dat je snel in het verhaal komt. Hier ben ik het mee eens. Daarnaast vind ik dat dit boek heel duidelijk een zingevende functie heeft. Deze functie vind ik zeer waardevol voor de huidige generatie pubers. Coillie beschrijft in zijn boek Leesbeesten en boekenfeesten (2007) dat schrijvers via de personages normen en waarden aan de lezer kunnen doorgeven. Selma Noort doet dit volgens mij zeer expliciet door Virginia tegenover de hooligans Joey en Tonny te plaatsen. In eerste instantie heeft Virginia er heel veel moeite mee om hen te beschuldigen maar uiteindelijk weet zij toch ‘het goede’ te doen door haar verhaal aan de politie te vertellen.

    Het boek is een C-boek en geschikt voor lezers vanaf ongeveer 13 jaar. Naar mijn idee zou dit boek ook heel goed binnen het genre ‘young adult’ passen. Met name omdat ik het boek aangrijpend vind. En doordat de flashbacks het boek soms lastig te lezen maken.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Deze reactie is verwijderd door de auteur.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Deze reactie is verwijderd door de auteur.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Reactie Stiefkind door Mieke van Os

    Verdeeld tussen twee werelden
    Zoals Femke Looijen en Claudia Geurtsen stellen, verwacht ook ik dat 'Stiefkind' als thema jongeren aanspreekt. De titel vind ik goed de lading dekken.De ontwikkelingen rondom een hooligan-actie in de trein zorgen weliswaar voor de nodige spanning, een van de hoofdthema's in dit boek vormt toch vooral ook de problematiek van het samengestelde gezin. Veel jongeren hebben te dealen met de echtscheiding van hun ouders. Virginia (15 jaar) stelt zich op basis daarvan regelmatig de vraag of zij wel een gewenst kind is. '[...]Ze wilde hem horen zeggen dat hij er nooit, nooit, nooit spijt van had gehad dat zij, Virginia, geboren was' (Noort, p.16). "[...] en dan zou Jill weten dat ze weer stout was geweest" (p. 29) Dat is heftig en het geeft een instant beklemmend gevoel. Immers wat doet het met je wanneer je steeds te horen krijgt dat je 'stout' bent en je een gevoel van veiligheid ontbeert vanaf je vroege jeugd? Hoe dat doorwerkt lees je wanneer Virginia beschrijft dat ze het gevoel heeft voortdurend een facade te moeten ophouden. "Dat, wanneer ze zouden weten wie ze echt was, en waar ze vandaan kwam ze... op haar neer zouden kijken'(Noort, p. 124)

    Zien te overleven
    In veel romans voor adolescenten gaat de hoofdpersoon gebukt onder immens psychisch leed, [...] waaronder een allesoverheersend schuldgevoel (Coillie, p. 166). Virginia zit middenin een loyaliteitsconflict en emoties als boosheid en schaamte overspoelen haar in golven. Zelfs haar goede vrienden weten niet dat haar moeder haar stiefmoeder is en Virginia houdt haar natuurlijke moeder min of meer voor hen geheim. "Dat wist ik niet, dat Margriet je echte moeder niet is. Ik ook niet, zei Rubert bijna ongelovig (Noort, p. 8). Zowel Femke als Claudia zoomen in op situaties die laten zien hoe loyaal een kind is aan ouders; no matter what. Beiden beschrijven schrijnende passages, die als zodanig zijn te labelen als mentale en fysieke verwaarlozing. Dat roept bij mij de vraag op wat de omgeving kan doen of zelfs ‘moet’ bij soortgelijke signalen...

    Young Adult of niet
    Hoewel er zeker meeslepende en aangrijpende scenes zijn beschreven en het verhaal voor jongeren herkenbaar is, vind ik het verhaal en de stijl vrij ééndimensionaal. De personages zijn ofwel overwegend positief dan wel overwegend negatief in beeld gebracht. De emoties zijn erg expliciet gemaakt en eigenlijk ook wel erg voorspelbaar. Dit maakt het vereenzelvigen misschien wel makkelijker, de psychologische spanning komt hierdoor minder sterk uit de verf. Een spanning die de schrijver wel opbouwt met opmerkingen zoals:'En ze vergiste zich vast. Een hooligan kocht tot geen wasrekje en ging toch niet bij zijn vriendin de koelkast zitten schoonmaken?'(Noort, p. 84). Tegelijkertijd accentueert de schrijver hiermee het denken in stereotypen en zwart-wit karaktertekeningen. De voorkeur van lezers voor een goed eind sluit hierbij aan. Bij Ruben de buurjongen mag Virginia zijn zoals ze is en 'een boze stiefmoeder' blijkt uiteindelijk zo gek nog niet.

    Anders dan Claudia en Femke denk ik dat het boek juist ook de minder doorgewinterde lezers veel biedt en zich goed leent voor de juist jonge puber. De issues zijn niet zo choquerend uitgewerkt dat deze 'afstotend' werken. Het gevoel dat je voor geen goud met Virginia zou willen ruilen, kan heel geruststellend zijn. In je eigen veilige cocon het verhaal lezen omwille van het verhaal en de opgeroepen emoties - zonder al te noodzakelijke kritische reflectie - is een beproefd format voor leesplezier (Coillie, p. 105). De benadering van anderen vanuit hoofdzakelijk één standpunt sluit volgens Jeanne Chall (1983) aan bij de lezer tussen de 0 en 14 jaar (Coillie, p.79). Voor de (mee)belevende lezer met leeservaring in een beperkt aantal genres en interesse in de belevenissen en 'groeipijnen' van leeftijdsgenoten is het dan ook een prima boek.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Reactie 1 - “Stiefkind”

    Deel 1

    Graag wil ik een reactie geven op de recensie geschreven door Femke van Looijen, door wie gerecenseerd wordt op het boek “Stiefkind”.

    Geboeid vanaf het begin
    Femke van Looijen beschrijft in haar recensie dat je als lezer vanaf het begin af aan geboeid bent door de start van het verhaal. Het verhaal start met de nodige spanning en daardoor ben je als lezer inderdaad nieuwsgierig naar het verdere verloop van het verhaal. De verhaallijnen zijn divers, met een afwisseling tussen heden en verleden. Dit zorgt ervoor dat er meerdere lege plekken in het boek ontstaan waardoor de schrijfster ervoor heeft gezorgd dat je geboeid blijft tot het einde.

    Leeftijdscategorie en functie
    Het boek ‘Stiefkind’ heeft naar mijn mening een emotieve functie, waarbij het thema bepaalde gevoelens bij een lezer kan aanspreken en waarbij bepaalde gevoelens zoals angst en verdriet opgeroepen kunnen worden. Er wordt ingespeeld op de behoefte aan emotioneel welbevinden. Ze ervaren dit doordat ze zich kunnen inleven in het verhaal, kunnen meeleven met de personages of gevoelens ontwikkelen ten opzichte van de personages. (Coillie, p. 20). Daarnaast kan het ook zo zijn dat het bepaalde gevoelens bij jongeren oproept en hen kan helpen om emoties te verwerken. Het genre van dit boek, drama, sluit hier goed op aan en geeft jongeren tussen in de leeftijdscategorie 12 t/m 15, de doelgroep, stof tot nadenken. Lezen voor de lijst geeft aan dat het boek geschikt is voor leerlingen tussen de 12 en 15 jaar, met leesniveau 3 wat valt onder reflecterend lezen. Leerling kenmerken als; leest om aan het denken te worden gezet, is geïnteresseerd in sociaal-maatschappelijke, psychologische en soms filosofische onderwerpen, sluiten hier prima bij aan.

    Identificatie
    Coillie (2007) beschrijft dat jongeren van deze leeftijd op zoek zijn naar hun eigen identiteit. En dat ze in dit soort boeken zich kunnen identificeren, maar dat ze ook geconfronteerd kunnen worden met nieuwe ideeën en kunnen inzien dat er ook alternatieve oplossingen zijn voor hun problemen en leren ook te relativeren.
    Ook het worstelen met de emoties van de hoofdpersoon, zoals Femke van Looijen ook beschrijft en waar ik het mee eens ben, komt veelvuldig naar voren in het boek. Dit kan herkenbaar zijn voor deze leeftijdscategorie. “Achter de deur van het bovenhuis hoorde ze gerinkel van lege flessen [….] Ze zou lachend in zijn gezicht zeggen dat hij een ‘knappe jongen’ was en vragen of hij al een vriendinnetje had (Noort, p. 87).

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Deel 2

    Opbouw in spanning
    Femke van Looijen geeft aan dat het boek meelevend is, doordat er gebruik wordt gemaakt van beeldend en concreet taalgebruik. Je ziet voor je wat ze meemaakt. Het verhaal is geloofwaardig en de spanning wordt volgens Femke van Looijen goed opgebouwd. De afwisseling in het verhaal versterkt dit. Ik kan me hierin vinden. De lege plekken zorgen voor meer spanning en nieuwsgierigheid bij de lezer. De afwisseling in aandacht naar het filmpje vind ik goed. Er wordt binnen het boek ook veel aandacht besteed aan het persoonlijke verhaal van Viginia, de hoofdrolspeelster, dit vind ik sterk. Hierdoor krijgt de lezer meer ruimte om na te denken over ook andere kwesties en wordt het verhaal meerdimensionaal. ‘Virsj! Je moet laten zien dat je hebt gefilmd […] Ze lieten die idioten gewoon in de trein stappen’ (Noort, p. 59).

    Passend binnen dit verhaal zijn dan ook de boekkenmerken die passen bij deze leeftijdscategorie, namelijk: taalgebruik, wisselingen in tijd, perspectief en plaats, veel open ‘plekken’, kwesties die discussie oproepen, veel beschrijven van ruimte, gedachten en gevoelens, meer dan één verhaallijn en diepere betekenislaag.

    Femke van Looijen beschrijft in haar conclusie dat de betreffende lezers wat leeservaring moeten hebben om dit boek te kunnen volgen. Hier ben ik het mee eens, de verschillende verhaallijnen kunnen voor verwarring zorgen. ‘Ze trok de lade van het kastje naast het bed open. Condooms, naalden, een aansteker […] Harry. Harvey. (Noort, p73) is hier een voorbeeld van.
    Overigens ben je een wat meer ervaren lezer dan zal je het boek beter begrijpen en zeker geboeid blijven tot het eind.

    Bronnen:
    Noort, S. (2013). Stiefkind. Amsterdam: Uitgeverij Leopold
    Coillie, J. van (2007), Leesbeesten en boekenfeesten. Leidschendam, Biblion.
    www.lezenvoordelijst.nl



    BeantwoordenVerwijderen