RECENSIE
Auteur: Ingrid Kluvers
Auteur: Ingrid Kluvers
Titel: Altijd anders
Jaar van uitgave: 2016 (gelezen als e-book)
Uitgever: Overamstel uitgevers
Plaats van uitgave: Amsterdam
Aantal pagina’s: 208
Korte samenvatting
Joop van Ravenzwaaij van
bijna 16 woont met twee lesbische moeders, twee homoseksuele vaders, een oma,
een hond en een heleboel geiten in een groot huis in een dorp. Het gezin is een
"samengeraapt zooitje", waar "alles altijd anders is"
(hoofdstuk 2). Haar biologische moeder is hoogleraar bouwkunde in Delft, haar
"andere moeder" een kunstenares die op het punt staat door te breken
in New York, en haar oma maakt geitenkaas. Joop heeft een druk leventje: ze zit
in 4 gymnasium, zingt en speelt met vrienden in een band, doet aan sport en
runt op zondag een succesvolle ontbijtservice. Altijd anders is het verhaal van haar eerste grote verliefdheid.
Waardeoordeel
Qua thematiek vind ik
de roman interessant. In een aantal opzichten vind ik Altijd anders echter minder geslaagd. Dit oordeel
is met name gebaseerd op realistische, emotivistische en structurele argumenten
(Mooij 1979).
Altijd anders is het voor pubers
herkenbare verhaal van een ontluikende verliefdheid van de verteller voor een meisje
van haar eigen leeftijd. Het motto kondigt het thema van de zoektocht naar de
geliefde reeds aan: "Ik ben onderweg / Ik kijk als een held / Reis naar
een vreemde planeet / Met jouw naam" (Spinvis, Loop der dingen).
De ontluikende
verliefdheid (die aan het einde wederzijds blijkt te zijn) wordt door Ingrid
Kluvers mooi verwoord. De verliefdheid krijgt een soort echo in de vorm van muziek
en songteksten die in sterke mate sfeerbepalend zijn. De band van Joop vertolkt
namelijk werk van Spinvis, Jacqueline Govaert, Krezip, Ilse de Lange en John
Lennon. Een belangrijke gebeurtenis in het verhaal is het moment waarop Joop tijdens
een optreden in een liefdeslied “she” zingt in plaats van "he".
Wat volgens mij echter identificatie van de jonge lezer met Joop
in de weg staat is het gebrek aan psychologische diepgang. Joop komt uit een
welgestelde familie die een landgoed bewoont, heeft succesvolle ouders, is zelf
in alles succesvol én wordt omringd door even succesvolle vrienden, waaronder het
meisje waarop ze verliefd wordt (en dat in veel opzichten haar spiegelbeeld is).
Zoveel perfectie is niet alleen niet-realistisch, maar ging mij als lezer ook
vervelen en irriteren.
Joop komt dus voor de
lezer niet echt tot leven, ondanks het feit dat ze de verteller is en we als
lezer ‘toegang’ hebben tot haar gedachten en emoties. We komen echter bijzonder
weinig te weten over de bijzondere mensen die haar omringen en die er nota bene
de oorzaak van zijn dat alles in haar leven "altijd anders" (titel) is:
haar twee lesbische moeders, haar twee homoseksuele vaders en haar bejaarde
maar zeer actieve oma. Hoe het komt dat deze twee ouderparen met elkaar in één
huis wonen, blijft in het boek onbesproken. Ook oma blijft een oppervlakkig
personage. We vernemen weliswaar dat zij de moeder van Joop samen met een
andere vrouw heeft opgevoed in tijden dat dat geenszins vanzelfsprekend was,
maar waaruit de belangrijke rol van oma (rots in de branding) in het leven
van Joop bestaat wordt voor de lezer niet echt duidelijk.
Psychologische diepgang wordt jammer genoeg ook niet aangebracht
door de rol die de iets oudere halfzus Emma in het leven van Joop speelt. Over Emma
vernemen we dat zij bijna haar hele leven in Frankrijk heeft doorgebracht en
sinds kort met haar Nederlandse moeder in Amsterdam woont. Joop en Emma hebben
elkaar pas twee jaar geleden voor het eerst ontmoet, nadat laatstgenoemde een
zoektocht naar haar vader was gestart. Dezelfde Emma is degene die een
speurtocht naar de onbekende Franse opa begint, Joop meeneemt naar Parijs en
erin slaagt haar vader weer in contact te brengen met diens biologische vader
die hij heel lang niet gezien of gesproken heeft. De lezer blijft zitten met
een vaag vermoeden dat er een verleden vol conflicten is. Vrijwel alle vragen over
dit verleden blijven onbeantwoord, waaronder de vraag hoe het komt dat dochter
Emma een zoektocht naar haar vader heeft moeten starten om überhaupt contact met
hem te krijgen.
Het feit dat het in de
roman ontbreekt aan psychologische diepgang en aan aandacht voor het verleden onder
het heden, zorgt ervoor dat de thema’s homo- en biseksualiteit niet echt uit de
verf komen. Het mensbeeld en de waardepatronen die je als lezer uit deze roman zou kunnen destilleren, blijven daardoor als het ware in een vacuüm hangen.
Het aantal 'flat
characters' en het aantal 'losse eindjes' kunnen ook gezien worden als een
structuurprobleem: er worden te veel personages genoemd, te veel zaken in het
voorbijgaan aangestipt, kortom er wordt teveel ‘gezaaid’ waar vervolgens niet
meer op teruggekomen wordt.
Een tweede
structuurprobleem is gelegen in de opbouw van de roman. Altijd anders bestaat uit 25 hoofdstukken, voorafgegaan
door een proloog, waarin Joop vertelt hoe ze bij thuiskomst haar oma
onderaan de keldertrap aantreft. Op dat moment realiseert ze zich: "Vanaf
nu wordt alles anders, voor altijd anders." (proloog). De eerste 19 hoofdstukken vormen één lange flashback waarin
Joop ons vertelt wat er de afgelopen drie maanden in haar leven is
gebeurd. Vanaf hoofdstuk 20, dat grotendeels identiek is aan genoemde proloog,
gebeurt er evenwel niet veel meer. Onduidelijk blijft derhalve in hoeverre “alles”
“voor altijd anders” is geworden (proloog en titel). Na hoofdstuk 20 is de
vaart uit het verhaal en kom je er als lezer achter dat de 'losse eindjes' (met
betrekking tot de familiegeschiedenis) die je in de hoofdstukken 1 tot en met
19 bent tegengekomen, niet meer aan elkaar geknoopt worden.
Doelgroep
Het thema verliefdheid
en de beperkte psychologische profilering van de hoofdpersoon maakt het boek in
principe geschikt voor een leespubliek tussen de 12 en 15 jaar. Het feit dat
alle volwassenen in dit boek 'flat characters' zijn, zou verklaard kunnen
worden door het feit dat een puber nu eenmaal primair op zichzelf is gericht,
alsmede door het gegeven dat leeftijdgenoten (‘peers’) in deze leeftijdsfase
een dominante invloed hebben (Van Coillie 2007). De vrienden van Joop komen echter
ook niet echt tot leven. Als lezer bekijken we deze jonge mensen natuurlijk
door de ogen van de bijna 16-jarige Joop (die vooral met zichzelf bezig is).
Toch valt op hoe 'perfect' het leventje van deze scholieren is. Net als Joop zijn
ze succesvol op alle terreinen, hebben ze nauwelijks een verleden en zeker geen
noemenswaardige problemen.
De hoofdpersoon en
haar vriendenclub deed mij als oudere lezer denken aan vriendenclubjes uit de
Billy Bradley-serie uit de jaren '70, waarin de zelfverzekerde clichématige hoofdfiguur
continu de show steelt als 'super girl'. Leuk als amusement voor pubers, maar
minder interessant voor meiden voor wie homo- of biseksualiteit – in veel
opzichten tot op heden een maatschappelijk taboe - een belangrijk thema in hun leven is.
Het lijkt mij dat lezers tussen de 12 en de 15 Joop en haar
vrienden net iets te weinig genuanceerd, te weinig levensecht vinden en zich
niet gemakkelijk met Joop kunnen identificeren. Op basis van de stelling dat
jeugdliteratuur “geen vrijblijvende literatuur” is (Joosen & Vloeberghs, 2012,
p. 13) vind ik het persoonlijk jammer dat in de roman het ‘anders zijn’ dat in
de titel zit verpakt, niet beter uitgewerkt wordt. Hierdoor blijven de ‘emotieve
functie’ en ook de ‘zingevende functie’ (Van Coillie 2007) van de roman
onderontwikkeld. Een gemiste kans, gezien het feit dat voor vele jongeren de
verliefdheid voor iemand van het eigen geslacht nog te veel een zoektocht
zonder wegwijzers is.
Sonja
Sonja
Gebruikte secundaire literatuur:
Coillie, J. van (2007),
Hoe werken (met) kinder- en jeugdboeken?
Leuven/Leidschendam, Davidsfonds uitgeverij / Nbd Biblion.
Joosen, V. &
Vloeberghs (2012), Uitgelezen
jeugdliteratuur. Ontmoetingen tussen traditie en vernieuwing. Leuven/Leidschendam,
Uit. Lannoocampus/Nbd Biblion Uitgeverij.
Mooij, J. (1979), ‘De
motivering van literaire waardeoordelen’, in: J. Mooij, Tekst en lezer. Opstellen over algemene problemen van de
literatuurstudie. Amsterdam, Athenaeum-Polak & Van Gennep, p. 253-278.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten